vrijdag 18 februari 2022

Nog steeds verliefd

Taal is mijn vriend, heb ik vaak gezegd. Taal spreekt voor zich, zei de taal in mij. Als je van taal houdt, wil je meeluisteren als er iets over wordt gezegd. Taal ontstond ooit ergens, wie weet. En later werd het nog bonter, toen ging taal op reis, zo ongeveer vanuit het gebied dat nu op ontploffen staat of nog verder. Allerlei pijltjes kwamen onze kant op, splitsten, kwamen samen, hingen als scherm boven het grotere gebied. Dat weten we dan ook weer. Was het anders, ook goed.

Ach, dat Russisch klinkt zo mooi. Ik ken een paar woorden en mijn fantasie slaat Russisch op hol. Iedereen mijn vriend, maj dróeg, en iedereen een tikkie waanzinnig, sjoemasjédsjij. Ik droomde dat ze met hun tanks onze straat binnenrolden. Ik naar buiten, de klep gaat open, de Siberische muts roept iets. Dat ik dus versta, sjóet sjóet (beetje beetje). Of nog verder, bloedverwanten, vriendschap kent geen grenzen.

Nu wij. We zijn ook binnengerold, nog verder. Onze taal spraken ze al. Het waren vrienden, Oeroeg was ook onze vriend. Zo konden we onszelf in de spiegel kijken, zeker een halve eeuw. Nu is de taal nog steeds wat we overhouden. Ach, hoe mooi geschreven dat rapport! En sorry, duizendmaal sorry! Onze liefde voor de taal, Engels of Nederlands maakt niet uit, taal kent geen grenzen.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Licht verzet

Ik houd niet van bevelen. Zo te zien houd ik meer van een bekentenis. De vraag is of ik een goede titel had gekozen met bladder dit. Nu sta ...